• Raad van Beheer organiseert infobijeenkomst hoogrisico-honden

Raad van Beheer organiseert infobijeenkomst hoogrisico-honden

Leestijd
2 minuten
Tot nu toe gelezen

Raad van Beheer organiseert infobijeenkomst hoogrisico-honden

do, 04/13/2017 - 13:48

Op 10 april jl. organiseerde de Raad van Beheer een informatieve bijeenkomst voor Rasverenigingen en Kynologieclubs, dierenartsen en keurmeesters over de problematiek van bijtincidenten. Als American Staffordshire Terrier Club Holland (ASTCH) zijn wij al jarenlang actief met dit onderwerp bezig, maar voor veel andere verenigingen was de publicatie van het advies ‘Hondenbeten aan de kaak gesteld’ van de Raad voor Dieraangelegenheden eind februari een schok.

In dit rapport staan vergaande aanbevelingen gericht op een lijst met 40 rassen, kruisingen daarvan en look-a-likes, die worden bestempeld als Hoog-risico rassen. Voorgestelde maatregelen betreffen naast een focus op de verantwoordelijkheid van de houder onder meer een aanlijnplicht en voor losloopgebieden een muilkorfgebod, alsmede een ‘One Strike’-regel voor honden betrokken bij ernstige bijtincidenten (oftewel euthanasie na het eerste ernstige incident). Vertegenwoordigers van de RDA (Raad voor Dierenaangelegenheden) waren als toehoorders aanwezig.

Sociale problematiek

Ineke van Herwijnen, directeur van de Hondenbescherming, opende met een schets van de sociale problematiek. Die heeft betrekking op twee groepen, namelijk mensen die een ondoordachte aanschaf doen en mensen die welbewust voor een bepaald type hond kiezen als statussymbool.

Niet alleen leidt dit tot bijtincidenten naar mensen en honden, waar veel leed achter zit bij de slachtoffers, maar ook tot veel dierenleed, van mishandeling, het niet voldoen aan de basisbehoefte van de hond tot het dumpen in het asiel. Juist de Hoog-risico honden vormen in dit opzicht een kwetsbare groep. Sleutel in het verhaal is de keten van selectie van genen, een goede socialisatie en goed houderschap.

Alternatieven

Arno Hermans van de Cane Corso Club Nederland praatte de aanwezigen bij over het resultaat van een eerdere bijeenkomst van rasverenigingen en kynologenclubs waarin gekeken was naar alternatieven voor de adviezen van de Raad van Dieraangelegenheden. Goede voorlichting en met name het op de verantwoordelijkheid aanspreken van de houder worden vanuit de kynologie aangedragen als de beste oplossingen. Die verantwoordelijkheid strekt zich uit van de keuze voor de fokker, het ras/type hond tot en met de opvoeding en het nemen van noodzakelijke maatregelen om incidenten te voorkomen (aanlijnen, enz.).

Rasspecifieke kenmerken

Wendy Las-van-Bennekom van O&O (Nederlandse Vereniging van Instructeurs in Hondenopvoeding en -opleiding) ging in op de kwaliteit van trainers en gedragsdeskundigen. Om problemen tijdig te adresseren is het nodig dat mensen terug kunnen vallen op goede deskundigen. Waar trainers nu nog vaak uitgaan van de hond als een algemeen gegeven is het belangrijk dat trainers en gedragsdeskundigen beter inzicht krijgen in de rasspecifieke kenmerken en de daarbij passende aanpak.

Mediafocus

De algemene tendens onder de aanwezigheden was dat de problemen niet komen uit de hoek van de fokkers aangesloten bij de rasverenigingen, en Roelof Nuberg van de ASTCH nam de aanwezigen mee in de achtergronden van de zogeheten ‘Breed Specific Legislation’ (BSL). Hoewel statistieken volledig ontbreken, en niemand het probleem wil ontkennen, is er toch een duidelijke tendens in de wijze waarop de media verslag doen over incidenten en bepaalde rassen/type honden in een kwaad daglicht zetten. Het ontstane gevoel wordt omgezet in symboolpolitiek, terwijl de internationale ervaringen aantonen dat BSL nooit leidt tot positieve effecten. De ASTCH ziet een verschil tussen de honden uit de georganiseerde kynologie (met stamboom) en anderen. Dit verschil wordt bepaald door een goede verankering van selectie van genen, socialisatie en selectie van de houders door de fokker. De boodschap is echter dat de problematiek een gevaar is voor alle groepen en dat ook de georganiseerde kynologie onder de gevolgen lijdt.

Hoewel de verenigde kynologie in Nederland maar 20% van de jaarlijks aangeschafte honden levert is het de enige groep die voldoende georganiseerd en gemotiveerd is om actief te werken aan oplossingen. De conclusie van het panel is dan ook dat deze groep een voorbeeld- en trekkersrol moet vervullen in de aanpak van de problematiek, waarbij niet alleen gekeken moet worden naar de bijtincidenten, maar ook naar het dierenwelzijn. Het is duidelijk dat men dat niet alleen kan, daarvoor is het bereik te klein, en er zal dus actief samengewerkt moeten worden met overheden en maatschappelijke organisaties om een zo groot mogelijk effect te sorteren.

Foto: Raad van Beheer

bron

Roelof Nuberg